Aan het werk van ambtenaren worden nieuwe eisen gesteld. Ze krijgen steeds meer beslis- singsruimte en daarmee professionaliseert hun beroep. ‘Ambtelijke loyaliteit’ als uitgangs- punt voor de beoordeling van hun handelen komt daarmee onder druk te staan. En ook de invulling van integriteit met ‘onkreukbaarheid ’ is te beperkt. Het gaat er niet alleen om wat ontoelaatbaar is binnen een ambt, maar ook wat passend is. De klassieke waarborgen tegen ambtelijke willekeur behoeven daarmee ook herziening. Het laatste deel van het hoofdstuk verkent horizontale verantwoordingsmechanismen als aan- vulling of alternatief voor de gebruikelijke verticale verantwoording .