Deze bijdrage is een verkenning van de plaats die contact en resonantie innemen in participatief actieonderzoek projecten – in dit geval op het terrein van de geestelijke verzorging – en de lastigheden die zich in de interpersoonlijke sfeer, tussen groepen en organisaties kunnen afspelen. Veelal wordt actieonderzoek gezien als een modus 2 kennispraktijk: als een methode dus om oplossingen te vinden voor praktijkproblemen (Sluijsmans, 2018). Normatieve professionalisering als onderzoeksmethode zou dan modus 3 kennis helpen ontwikkelen. Dit is mijns inziens een oneigenlijk onderscheid, omdat concepten uit normatieve professionalisering en reflectieve, lerende methoden het actieonderzoek verrijken en belangrijke processen daarin kunnen duiden en verder helpen ontwikkelen.
Actieonderzoek is een creatieve mix van onderzoek- en veranderingsmethoden gericht op het verbeteren of veranderen van een praktijk en kennisontwikkeling daarover. Het wordt uitgevoerd door een actieonderzoeker en de leden van een organisatie, groep of netwerk: degenen die een belang hebben bij het onderzoek omdat zij hun situatie of praktijk willen veranderen (Greenwood & Levin, 2007). Het gaat dan ook altijd om een verandering te bewerkstelligen waarbij de belanghebbenden zelf een centrale en actieve rol vervullen: ‘Participatory action research does provide opportunities for co-developing processes with people rather than for people. Its emphasis [is] on people’s lived experiences, individual and social change, the co-construction of knowledge, and the notion of action as a legitimate mode of knowing, thereby taking the realm of knowledge into the field of practice.’ (McIntyre, 2008: xii)