Fenomenologisch schrijven

Fenomenologisch schrijven

Productgroep Waardenwerk 2024 97
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

De fenomenologie is de wetenschappelijke benadering die de werkelijkheid wil beschrijven zoals die zich in haar betekenisvolheid aan ons voordoet. Het is de filosofische stroming die zich richt op het overgangsgebied tussen mens en wereld. De fenomenologie houdt zich niet bezig met een wereld die los van de mens verkrijgbaar is; zij richt zich op de zin-dragende, maar even zo vaak ook verwarrende, manier waarop die wereld aan de mens verschijnt. De fenomenologie is met haar onderzoek ook niet gericht op de psychologische of neurologische processen die ten grondslag liggen aan de wijze waarop de mens betekenis verleent aan die wereld. Ze houdt zich bezig met de ervaren betekenis zelf, die zich ontvouwt in de wederkerige ontmoeting tussen mens en wereld. Kisner (2017) is een denker die veel aandacht besteedt aan deze wederkerigheid in het ontstaan van betekenis. Hij spreekt over mediale ontologie, een zijnsleer van het tussengebied. Hij haalt bijvoorbeeld Plato aan (Kisner, 2017, p.9): ‘Als bij gevolg het oog en een (…) wit object dat in het blikveld van het oog komt ( …) gewaarwording heeft verwekt (..), op dat precieze ogenblik gaan het zien (emanatie van de ogen) en de witheid (emanatie van het object) dat samen met de ogen de kleur baart, zich in de tussenruimte verplaatsen.’ (Uit de dialoog Theaetetus, vert. X. de Win; 156-157). 

Het fenomenologisch schrijven probeert ‘dat precieze ogenblik’ te vangen in taal, zodanig dat er recht gedaan wordt aan de betekenis die er al was, nog voor die woorden kon krijgen. Daarbij is de onderzoeker er niet alleen op gericht om dat ‘present moment’ van de geleefde ervaring (Stern, 2005) zodanig te beschrijven dat het zich voor een lezer als het ware opnieuw voordoet, hij wil het ook beschrijven om het voor zichzelf (en via hem natuurlijk ook voor de lezer) op zijn betekenis te onderzoeken. Schrijven ís onderzoeken. Het schrijven behelst een actief en receptief zoeken naar de woorden die ons helpen om de betekenisvolheid van de verschijnselen en daarmee onze betrekking tot de wereld te verstaan.

Voorbeeld
Een collega heeft gedurende een periode van zeven jaar het programma theoretische pedagogiek verzorgd op een masteropleiding. Nu hij met pensioen gaat, besluit hij, samen met een andere collega (Berding & Dekker, 2017), met wie hij nauw heeft samengewerkt rond deze lessen, een klein boekje uit te geven waarin hij vanuit eigen ervaring enkele dilemma’s beschrijft die zich gedurende zijn loop baan hebben voorgedaan in zijn lespraktijk. Telkens verdiept hij het door hem uitgeschreven spanningsveld met enkele gedachten van één van de pedagogen en filosofen die in de lessenreeks aan de orde zijn geweest. In een voetnoot (p.9) merkt deze collega op: ‘Het is onvermijdelijk dat je als docent veel dingen proefondervindelijk leert. Achteraf kun je het duiden en ervan leren (…). Een aantal van de inzichten in deze tekst deden we pas op bij het schrijven van deze ‘afscheidsreflectie’ zelf.’ Dit is precies de doelstelling van het fenomenologisch onderzoeken: ervaringen zodanig beschrijven dat ze tot inzichten worden.