Interview met Caroline Suransky

Interview met Caroline Suransky

Productgroep Waardenwerk 2024 98-99
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

Caroline Suransky heb ik (Antoinette) leren kennen in 2011, het eerste jaar dat ik de Graduate School van de UvH volgde. Caroline was coördinator van de Graduate School en begeleidde het programma. Ze was een baken in de destijds voor mij onbekende wereld van de UvH en het promoveren. Later kwam ik haar af en toe weer tegen, en dan was er altijd even contact. Ik hoorde dat ze, behalve op de UvH, actief was in Zuid Afrika en de laatste paar jaar ook in Frankrijk. Het maakte mij nieuwsgierig: wat doe je allemaal, wat zijn je drijfveren, wat is voor jou de rode draad in je werkzaamheden? Ik was haar naam al veel vaker tegengekomen, bijvoorbeeld als een van de oprichters van het Kosmopolis Institute en de internationale Summer School. Ze is ook lid geweest van het College van Bestuur van de Universiteit voor Humanistiek en lid van het hoofdbestuur van het Humanistisch Verbond. Daarnaast heeft ze lang in de redactie gezeten van tijdschrift Waardenwerk en bij de voorganger, het Tijdschrift voor Humanistiek was ze ook hoofdredacteur. Een bevlogen vrouw, nadrukkelijk bezig met de verbinding tussen wetenschap en praktijk.

We spreken elkaar op de UvH aan het begin van het nieuwe academische jaar. Naar aanleiding van deze introductie, wat is de rode draad van waar je mee bezig bent, wat is voor jou de essentie?
CS: Ik vind het lastig om een ingang te kiezen… Wat ik doe is eigenlijk altijd op het snijvlak van onderwijs en sociale verandering. Heel vaak heeft dat te maken met sociale ongelijkheid en onrechtvaardigheid. Onderwijs is voor mij één van de terreinen waarop je kunt proberen om onrechtvaardigheid te adresseren. Ik denk dat dat de rode draad is door mijn leven en wat ik – nu al bijna 40 jaar – doe. Ik heb in een aantal landen gewoond, in Nederland, Amerika, Zuid-Afrika, en vanuit die verschillende contexten gewerkt. Ik heb lang in Zuid-Afrika gewoond en gewerkt. Daar heb ik ervaren dat mijn intuïtie, dat onderwijs en het proberen te adresseren van onrecht met elkaar verbonden zijn, klopt. In Zuid-Afrika heb ik tien jaar gewerkt aan een zwarte universiteit. In die jaren en in die context heb ik veel geleerd en ben ik professioneel volwassen geworden. Voordat ik naar Zuid-Afrika ging, studeerde ik in Amerika, de University of Michigan, en daar leerde ik mijn man kennen. Hij is Zuid-Afrikaan en woonde destijds in ballingschap in Amerika. Toen het apartheidsbeleid langzaam werd omgebogen kreeg hij zijn nationaliteit en paspoort terug, en zijn we naar Zuid-Afrika gegaan.