Spelende Wijsheid

Spelende Wijsheid

Productgroep Waardenwerk 2018-73
3,90
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

‘De mens speelt alleen indien hij in de volle betekenis van het woord mens is, en hij is alleen geheel mens, indien hij speelt.’ Deze woorden zijn af komstig van Friedrich Schiller (2009,1795, p.58), samen met Johan Wolfgang von Goethe grootmeester van het romantisch idealisme in Duitsland. De geciteerde zin staat opgetekend in zijn ‘Brieven over de esthetische opvoeding van de mens’, die hij schreef aan de Deense erfprins Friedrich Christian von Augustenburg. Van hem had Schiller voor zijn levensonderhoud een stipendium ontvangen, waardoor hij een aantal jaren onbekommerd werken kon.

Verlichting en revolutie
Het waren bijzondere en verwarrende tijden in Europa in de laatste decennia van de 18e eeuw. Schiller was een leerling van Kant, die met zijn programma van de Verlichting opriep om de onmondigheid te verlaten en zich zonder de leiding van de ander, ook al
doet die zich voor als het gezag van de kerk of de macht van de staat, van zijn eigen verstand te bedienen. Kant schilderde de mens als een dier met verstand begiftigd. Het was de opgave van de mens om de moraal van de redelijkheid te laten heersen over de dierlijke
driftmatigheid. Echter, er deden zich tegenstrijdigheden voor. De Franse Revolutie was een uitvloeisel van deze strijd tegen de onmondigheid, maar het scanderen van de leuzen ‘Ni Dieu, ni maître’ door de dreigende volksmassa’s op de pleinen van Parijs deden
eerder aan dierlijke driften dan aan redelijke inzichten denken. Schiller thematiseert dit dilemma in zijn brieven voor de verlichte Deense vorst, die liever niet door de macht van de revolutie verslonden wilde worden.